Het Godsbeeld

De vier manieren waarop het Goddelijke wordt beschreven binnen de Hindoegeschriften zijn:
 
1] Vormloos, naamloos, eeuwig en immanent (Mediteren met de Aum-mantra is de enige verbinding die we kunnen maken – dhyaan)

2] Vormhebbend, naamhebbend, tijdelijk als avatar op de aarde (neerdalingen zoals Rama en Krishna in deze wereld en ook avataras in de andere werelden – puja).

3] Geïntegreerd in de kosmos (de kosmische krachten worden daarom ook vereerd, meestal via offers in het vuur – hawan)

4] Als ziel (Aatman) van alle levende wezens (hoe we met elkaar omgaan en wat we schenken aan onze medewezens is een offer aan het Goddelijke – seva).